Er hing een ingetogen stemming

Door Elisabeth op November 25, 2018

Er hing een ingetogen stemming

Een twintigtal jongeren

vulden onze kleine kapel.

Allen zaten in kleermakerszit

op het tapijt

vóór de icoon van vertrouwen:

Christus, liefdevol de arm leggend

op de schouders van Menas,

moedige getuige van het Geloof

tot in de marteldood.

Ze zongen liederen uit Taizé,

waar velen inspiratie

voor hun leven vonden.

Meerstemmig liederen

vulden de ruimte.

Ze baden mijn geliefde psalm 27,

lazen het Woord

en richten hun smeekbeden

tot de Heer hun God.

Ik zat tussen hen.

Al was het een stijl van bidden

die mij niet eigen was,

toch kon ik proeven

hoe oprecht dit alles was.

Het drong langzaam

tot mij door

hoe groot het geschenk was

dat hier aan ons geschiede.

Velen waren protestants.

Een zeker domein

hadden we niet gemeenschappelijk.

Toch voelde ik diep van binnen

hoezeer zij geliefden waren van de Heer.

Zij waren parels in Gods hand

die Hij voor enkele uren

hier in ons huis had samen gebracht

om Hem te zoeken, te vinden, te loven,

zijn stem te horen

doorheen zijn Woord

en doorheen de naasten

die hen omringden.

Er heerste

een vanzelfsprekende vriendschap

zoals Paulus ons opdraagt.

‘Jullie vriendelijkheid

zal bij alle mensen gekend zijn..’

Elk van hen werd bemind door de Heer

met een eeuwigdurende Liefde.

Voor ieder had Hij zijn leven gegeven

met een Liefde tot het uiterste.

En zij, deze beminden van de Heer,

waren voor enkele dagen

onze gasten.

Het ontroerde me ten zeerste.

Ik werd stil van binnen.

Waar had ik het aan te danken dat deze lievelingen in mijn huis te gast waren?

Ik bad voor hen,

voor ieder afzonderlijk

dat God hen zegenen zou

in hun diepste verlangens,

hen zou troosten waar verborgen verdriet

het hart bezwaarde

en de weg zou tonen

dag na dag

doorheen de nevels en krochten

zo eigen aan ieder mensenleven

en langs veilige wateren en groene weiden gegund aan elke pelgrim…

Ik vertrouwde hen toe

aan het Vaderhart van God

waar ze steeds

rust en vrede zouden vinden

alsook kracht om telkens weer op te staan en verder te gaan

op hun eigen persoonlijke spoor

voorgegaan door Hem

Die hen lief had.

God had mij zijn schat getoond

en ik mocht aanschouwen

wat Hem zo roerde…

(Fil 4,5)